Regelgeving op het gebied van werk en inkomen is voortdurend in beweging. Er komen nieuwe wetten en regels bij en bestaande wet- en regelgeving verandert. Deze wet- en regelgeving is vaak complex, met een groot aantal ingewikkelde, vaak veelal ICT‑gerelateerde wijzigingen. We toetsen beleidsvoornemens in een zo vroeg mogelijk stadium op uitvoerbaarheid en geven aan waar we knelpunten voorzien. We maken afspraken met onze opdrachtgever, het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW), over het tempo waarin en de wijze waarop we het nieuwe beleid voorbereiden en uitvoeren. In dit hoofdstuk geven we een overzicht van wat er in 2019 in werking is gezet en gerealiseerd.
Wet vereenvoudiging beslagvrije voet
Op 1 januari 2021 moet de Wet vereenvoudiging beslagvrije voet in werking treden. De beslagvrije voet is het bedrag dat schuldenaren minimaal nodig hebben om van te leven en waar schuldeisers niet aan mogen komen. Dit wetsvoorstel heeft tot doel om de vaststelling van de beslagvrije voet te vereenvoudigen en te verbeteren, waardoor het bestaansminimum van de debiteur beter gegarandeerd kan worden. Onder de huidige regelgeving heeft UWV bij het berekenen van de beslagvrije voet veel gegevens nodig die de betrokkene zelf moet aanleveren. De vereenvoudiging zorgt er onder andere voor dat de berekening van de beslagvrije voet minder afhankelijk is van de gegevens die betrokkene zelf aanlevert. Dat kan dankzij het gebruik van gegevens over de leefsituatie, het belastbaar inkomen en de ontvangen toeslagen die aanwezig zijn in overheidsbronnen zoals de Basisregistratie personen (BRP), de polisadministratie en bij de Belastingdienst. De wet raakt UWV op vier manieren. Ten eerste als beheerder van de polisadministratie. Daarnaast omdat deurwaarders, gemeenten en de SVB beslag kunnen leggen op door UWV betaalde uitkeringen. Ten derde ontwikkelen we op verzoek van het ministerie van SZW in samenwerking met Stichting Inlichtingenbureau een generieke voorziening waarmee alle beslagleggende partijen de beslagvrije voet kunnen berekenen. En tot slot vorderen we uitkeringen die ten onrechte betaald zijn terug en innen we boetes.
Begin 2019 heeft UWV een nieuwe uitvoeringstoets gedaan op de toen bekende invulling van de wet- en regelgeving. Met de voorbereidingen voor de implementatie van de wet is begonnen. We zijn een intensieve samenwerking gestart met de Belastingdienst, omdat deze vanwege het aantal berekeningen van de beslagvrije voet veel vaker gegevens nodig heeft dan de andere organisaties. UWV heeft er vertrouwen in dat deze hoogfrequente gegevensleveringen nog voor de inwerkingtreding van de wet mogelijk zijn.
Wet tegemoetkomingen loondomein
De Wet tegemoetkomingen loondomein (Wtl) voorziet in drie instrumenten om mensen met een kwetsbare positie op de arbeidsmarkt in dienst te nemen of te houden. Het gaat om het lage‑inkomensvoordeel (LIV, een tegemoetkoming in de loonkosten), het loonkostenvoordeel (LKV) en het jeugd‑LIV. UWV berekent het LIV en jeugd‑LIV op basis van gegevens in de polisadministratie. De Belastingdienst betaalt deze tegemoetkomingen vervolgens uit aan werkgevers. Werkgevers die werknemers hebben waarvoor ze een LKV willen ontvangen, hebben daarvoor een kopie nodig van de doelgroepverklaring. De werknemer moet deze doelgroepverklaring aanvragen bij UWV of de gemeente. In 2019 heeft UWV ongeveer 50.000 aanvragen ontvangen. Hiervan is het grootste gedeelte ingediend door een gemachtigde; dit is in de meeste gevallen de werkgever. Van gemeenten ontvingen we in 2019 circa 1.700 kopieën van een doelgroepverklaring. De behandeling van de aanvragen is in 2019 verregaand geautomatiseerd en automatische controles zijn ingebouwd.
UWV berekent de hoogte van de tegemoetkomingen. We hebben in februari de voorlopige berekeningen, samen met de Belastingdienst, tijdig verstuurd. In mei 2019 hebben we met behulp van de Wtl‑rekenmodule de berekeningen gemaakt voor de definitieve beschikkingen. Deze zijn succesvol verstuurd naar de Belastingdienst die de beschikkingen op zijn beurt tijdig, voor 30 juli, aan ongeveer 145.000 werkgevers heeft verstuurd. De verstuurde berekeningen hebben betrekking op ruim 800.000 werknemers voor wie werkgevers recht op een of meer tegemoetkomingen hebben. Het gaat daarbij om in totaal ongeveer € 800 miljoen: € 510 miljoen voor het LIV, € 166 miljoen voor het LKV en € 124 miljoen voor het jeugd‑LIV. In september 2019 zijn de tegemoetkomingen betaald. Dit gebeurde voor de eerste keer voor het LKV en het jeugd‑LIV, die beide zijn ingegaan per 1 januari 2018, en voor de tweede keer voor het LIV, dat is ingegaan op 1 januari 2017. Werkgevers die een beschikking hebben gekregen, kunnen binnen zes weken na dagtekening bezwaar indienen. In 2019 zijn ongeveer 1.100 bezwaren en informatieverzoeken ingediend – dus voor 0,75% van de beschikkingen.
De uitvoeringsprocessen van de Wtl zijn nauwlettend uitgewerkt en geïmplementeerd, in afstemming met de Belastingdienst. Aanpassingen in de Wtl‑rekenmodule worden zorgvuldig getest, ook in de keten met de Belastingdienst. Daarnaast wordt op cruciale punten in de processen het vierogenprincipe gehanteerd en worden extra checks uitgevoerd. De Wtl is hiermee gefaseerd en beheerst ingevoerd. In 2019 hebben we meerdere uitvoeringstoetsen gedaan op wijzigingen in de Wtl. Deze wijzigingen waren onder meer opgenomen in de Wet temporisering verhoging AOW‑leeftijd en de Nota van wijziging op de Verzamelwet SZW 2020. De doorgevoerde wijzigingen betreffen onder andere aanpassingen in LIV‑tarieven per 2020 (al in het project voorbereid).
Wet invoering extra geboorteverlof
Met de Wet invoering extra geboorteverlof (WIEG) hebben partners per 1 juli 2020 recht op een aanvullend geboorteverlof van maximaal vijf weken, met een uitkering van 70% van het (gemaximeerde) dagloon. UWV gaat deze uitkering verzorgen. In 2019 zijn we gestart met de voorbereiding op de implementatie.
Nieuwe uitkering voor betaald ouderschapsverlof
In verband met een EU‑richtlijn over de werk-privébalans van werknemers gaat UWV per augustus 2022 een nieuwe uitkering uitvoeren voor de Wet invoering betaald ouderschapsverlof (Wibo). Deze wet beoogt om alle ouders, boven op de bestaande regelingen, een uitkering van maximaal acht weken te verstrekken. Het ministerie van SZW werkt momenteel aan een wetsvoorstel. UWV is hierbij betrokken. Eind 2019 heeft UWV al een pretoets uitgevoerd op de eerste uitgangspunten voor deze nieuwe uitkering voor ouderschapsverlof. Dit heeft gezorgd voor meer richting in het wetsvoorstel dat in 2020 ter toetsing is voorgelegd.
Wet normalisering rechtspositie ambtenaren
Per 1 januari 2020 is de Wet normalisering rechtspositie ambtenaren (Wnra) ingevoerd. Deze wet beoogt om het onderscheid tussen een ambtenaar in dienst van een overheidswerkgever en een werknemer in dienst van een private werkgever verder te verkleinen. Dit betekent bijvoorbeeld dat voor het gros van de ambtenaren met ingang van 2020 het arbeidsrecht en het ontslagrecht geldt. Hiermee is de ontslagtoets van UWV ook van toepassing op voorgenomen ontslagen door Rijk, provincies, gemeenten, waterschappen en onderwijsorganisaties. We hebben alle betrokken partijen hierover geïnformeerd. Dat doen we via onze website uwv.nl, telefonisch en via congressen en bijeenkomsten.
Wet arbeidsmarkt in balans
De Wet arbeidsmarkt in balans (Wab) is op 1 januari 2020 in werking getreden. Het doel van de Wab is om vaste contracten aantrekkelijker te maken voor werkgevers en flexkrachten meer perspectief op zekerheid te bieden. De Wab heeft geleid tot aanpassingen van diverse onderwerpen in het arbeidsrecht (zoals de cumulatiegrond, de definitie van payrollwerkgever/payrollwerknemer en ketenregeling) en de invoering van de WW‑premiedifferentiatie op basis van de soort arbeidsovereenkomst (met een lagere WW-premie bij vaste contracten en een hogere premie bij tijdelijke contracten) . UWV informeert klanten over de veranderingen die de Wab met zich meebrengt via uwv.nl, telefonische contacten en voorlichtingsbijeenkomsten.
De Wab introduceert ook een compensatieregeling transitievergoeding bij bedrijfsbeëindiging wegens pensionering, ziekte of overlijden van de werkgever. UWV heeft op dit onderdeel een afzonderlijke uitvoeringstoets uitgebracht. Deze compensatieregeling wordt ingevoerd per 1 januari 2021.
Daarnaast verandert de premiedifferentiatie in de WW: de tot 1 januari 2020 geldende sectorale differentiatie heeft plaatsgemaakt voor differentiatie naar de aard van het contract. Een werkgever komt in aanmerking voor de lage premie als sprake is van een schriftelijke arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd, waarbij geen sprake is van een oproepovereenkomst. UWV maakt de aard van het arbeidscontract vanaf januari 2020 inzichtelijk via het digitale verzekeringsbericht dat alle werknemers kunnen inzien op Mijn UWV. Verder heeft UWV de taak om de Belastingdienst na afloop van het aangiftejaar te informeren over gevallen waarin niet een lage maar een hoge premie afgedragen had moeten worden. De noodzakelijke wijziging van de gegevensset voor de loonaangifte 2020 is doorgevoerd (zie ook onder Spannende jaarovergang 2019/2020). Daarnaast hebben we in 2019 de openstaande beleids- en uitvoeringspunten uitgewerkt met het ministerie van SZW en de Belastingdienst. Binnen UWV is een project gestart om de signalen naar de Belastingdienst te sturen. We hebben actuele ontwikkelingen getoetst op uitvoerbaarheid en zo nodig en mogelijk verwerkt in het interne project. Inmiddels is het projectplan opgesteld en goedgekeurd en hebben we de governance en samenwerking met de Belastingdienst verder voorbereid.
In januari 2020 zijn we gestart met een analyse naar de effecten van afwijkende bepalingen in individuele arbeidsovereenkomsten en cao’s op het vaststellen van opzegtermijnen, proeftijd en de toetsing van de ketenbepalingen. Op basis van deze analyse kunnen we nadere adviezen uitbrengen over de wijze waarop cao‑bepalingen meegenomen kunnen worden bij het beoordelen van de aanvragen voor een uitkering.
Regeling compensatie transitievergoeding
Werkgevers kunnen vanaf 1 april 2020 compensatie vragen voor de aan langdurig arbeidsongeschikte werknemers betaalde transitievergoedingen. UWV voert deze regeling uit. De regeling kent een terugwerkende kracht voor transitievergoedingen die sinds 1 juli 2015 zijn betaald aan langdurig zieke werknemers. Vanwege deze terugwerkende kracht moet UWV bij het berekenen van de hoogte van de te compenseren transitievergoeding rekening houden met verschillende berekeningswijzen van de transitievergoeding. In 2019 zijn in een release de onderdelen verwerkt die randvoorwaardelijk zijn voor de uitvoering van de regeling.
Wet inkomensvoorziening oudere werklozen
In het regeerakkoord is afgesproken de (tijdelijke) Wet inkomensvoorziening oudere werklozen (IOW) met ingang van 1 januari 2020 opnieuw te verlengen met vier jaar. De leeftijdsgrens per 1 januari 2020 is vastgesteld op 60 jaar en 4 maanden. We hebben de voorbereidingen voor deze wijziging tijdig afgerond. In het WW-systeem is een leeftijdssignaal ingebouwd, en het wetstechnisch en proceshandboek, brieven en de content op uwv.nl zijn aangepast.
Wet banenafspraak en quotum arbeidsbeperkten
De Wet banenafspraak en quotum arbeidsbeperkten regelt dat werkgevers uit zowel de private als publieke sector gezamenlijk 125.000 banen creëren voor mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. Daarnaast bepaalt de wet dat er, wanneer deze afspraak niet wordt gerealiseerd, een quotumheffing wordt opgelegd. De wet is per 3 december 2019 aangepast: de uitvoering van de quotumheffing is opgeschort tot 2022. Gedurende 2019 is met het ministerie van SZW en de Belastingdienst diverse malen overlegd over de opzet van een vereenvoudigde quotumregeling. Het conceptwetsvoorstel voor de nieuwe Wet vereenvoudiging banenafspraak is bijna gereed.
Wet vereenvoudiging Wajong
Het doel van het wetsvoorstel Wet vereenvoudiging Wajong is het wegnemen van knelpunten die de participatie van mensen met een Wajong-uitkering op de arbeidsmarkt belemmeren. Een tweede doel is het vereenvoudigen en harmoniseren van de verschillende regelingen (oude Wajong, Wajong 2010 en Wajong 2015), om zo het geheel eenvoudiger en overzichtelijker te maken. UWV heeft in 2019 via meerdere uitvoeringstoetsen de consequenties in kaart gebracht voor de uitvoering van de Wet vereenvoudiging Wajong. In november 2019 is het wetsvoorstel besproken in de Tweede Kamer. Het wetsvoorstel gaat naar verwachting in op 1 januari 2021, onder voorbehoud dat de Eerste Kamer tijdig instemt. De vereenvoudiging en harmonisering van de rekenregels voor inkomensondersteuning gaat naar verwachting ook in op 1 januari 2021. Dit betekent dat het uiteindelijke effect op het bruto‑inkomen van de meeste mensen met een Wajong‑uitkering pas in 2021 merkbaar is. Met het programma Vereenvoudiging Wajong implementeren we de wijzigingen in systemen, processen en werkwijzen die noodzakelijk zijn voor de uitvoering van het wetsvoorstel en de daarbij behorende lagere regelgeving. Het programma zorgt ook voor de communicatie naar onze klanten en externe stakeholders.
Loondoorbetaling bij ziekte
UWV is met het ministerie van SZW in gesprek over het wetsvoorstel Maatregelen loondoorbetaling bij ziekte en WIA. Hierin wordt onder meer een financiële tegemoetkoming voor werkgevers geregeld voor de loondoorbetalingskosten in de vorm van een premievermindering. Ook is geregeld dat het advies van een bedrijfsarts over de belastbaarheid van de werknemer leidend wordt bij de toets op de re‑integratie‑inspanningen (RIV‑toets) door UWV. Verder mag het arbeidsongeschiktheidspercentage van een WIA‑gerechtigde gedurende vijf jaar niet worden verlaagd vanwege inkomsten. We hebben eind augustus 2019 een uitvoeringstoets verstuurd naar het ministerie. Mede op basis van deze uitvoeringstoets heeft het ministerie over de laatstgenoemde maatregel eind januari 2020 een gewijzigd voorstel aan UWV voorgelegd. Dit wordt nu getoetst.
Digitale overheid
In het regeerakkoord is een aantal generieke maatregelen geformuleerd voor de vernieuwing van het openbaar bestuur en de ICT‑dienstverlening. Deze maatregelen vallen onder verantwoordelijkheid van het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK). De Wet open overheid maakt deel uit van dit maatregelenpakket. UWV heeft begin 2019 een uitvoeringstoets gedaan. Momenteel zijn we in afwachting van een volgende versie van dit wetsvoorstel.
Voor de modernisering van de BRP participeerde UWV in 2019 in het traject van het ministerie van BZK waarin breed wordt nagedacht over een toekomstige registratie van persoonsgegevens. Daarnaast levert UWV een bijdrage aan de visie op de regie op gegevens van hetzelfde ministerie. Dit traject loopt door in 2020. Verder is UWV in 2019 begonnen met het toetsen van lagere regelgeving voor de Wet digitale overheid. Deze wet beoogt onder meer om generieke regels op te stellen voor veilig en betrouwbaar inloggen bij overheidsorganisaties voor burgers en bedrijven. Ook zal de wet de erkenning regelen van (private) aanbieders van middelen en diensten voor identificatie, authenticatie en toezicht. De wet heeft daarmee zeker consequenties voor UWV; daarom is UWV nauw betrokken in het wetsproces. De beoogde ingangsdatum is 1 juli 2020.
UWV zet in op het verhogen van de beveiligingsniveaus van de eigen portalen. De overgang naar eHerkenning voor werkgevers en naar DigiD beveiligingsniveau midden voor burgers is daarbij een essentiële stap. Zie hiervoor ook onder Verbeteren dienstverlening aan werkgevers en onder UIP-categorie 1 – Stabiliteit, continuïteit en informatiebeveiliging.
Algoritmes en kunstmatige intelligentie
In 2019 was er toenemende aandacht voor de toepassing van algoritmes en kunstmatige intelligentie door (overheids)organisaties. Het gebruik van algoritmes biedt niet alleen kansen maar brengt ook risico’s met zich mee. Daarom zijn we in 2019 begonnen om het gebruik van algoritmes binnen UWV goed in kaart te brengen en vervolgens toegevoegde waarde en risico af te wegen. Om deze afweging te ondersteunen wordt in het voorjaar van 2020 een Adviescommissie datagestuurd werken opgericht. Deze commissie zal aan de hand van een toetsingskader advies uitbrengen over het verantwoord gebruiken van datatoepassingen en een rol hebben bij het opstellen van uitgangspunten.
Noodmaatregel Overbrugging Werkgelegenheid
Als gevolg van het begin 2020 uitgebroken coronavirus COVID‑19 zagen al snel duizenden werkgevers zich genoodzaakt werktijdverkorting aan te vragen. Om noodlijdende bedrijven financieel tegemoet te komen en de werkgelegenheid fors te ondersteunen heeft het kabinet in maart 2020 de tijdelijke Noodmaatregel Overbrugging Werkgelegenheid (NOW) ingesteld, ter vervanging van de regeling Werktijdverkorting. UWV heeft alles in het werk gesteld om deze nieuwe regeling snel en verantwoord te kunnen uitvoeren vanaf april 2020.