Met onze belangrijkste stakeholders onderhouden we structureel contact.
Samenwerking met onze stakeholders
We vinden het belangrijk dat onze stakeholders goed op de hoogte zijn van onze activiteiten. Daarnaast willen we goed op de hoogte zijn van hun vragen, standpunten en andere bijzonderheden, zodat we daar waar nodig op in kunnen spelen. Met onze belangrijkste bestuurlijke en beleidsmatige stakeholders houden we structureel contact. Dat zijn onder meer gemeenten, sociale partners (werkgevers- en werknemersorganisaties), de VNG, de cliëntenraden en de Nationale ombudsman. Uiteraard blijft de band met het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) wezenlijk.
We ondernemen diverse activiteiten om het structurele contact met deze stakeholders te onderhouden. Zo nodigen we (medewerkers van) onze stakeholders uit voor werkbezoeken aan UWV. We betrekken onze stakeholders ook bij de belangrijkste ontwikkelingen in de sociale zekerheid. Bij wijzigingen in wet- en regelgeving voorzien we ze van factsheets met informatie over de belangrijkste veranderingen en nodigen we ze uit voor informatiebijeenkomsten. In 2019 gebeurde dat bijvoorbeeld bij de invoering van de meerfactorauthenticatie op het werkgeversportaal. Met de belangenbehartigers van kwetsbare groepen onder onze klanten blijven we permanent in gesprek. UWV ontving ook in 2019 buitenlandse delegaties die geïnteresseerd zijn in hoe wij bijvoorbeeld bezuinigingen hebben gerealiseerd en hoe wij digitale dienstverlening hebben vormgegeven.
De Nederlandse arbeidsmarkt kent 35 arbeidsmarktregio’s en de centrumgemeenten daarbinnen zijn belangrijke partners van UWV om vraag en aanbod van werk regionaal goed op elkaar aan te sluiten. Dit geldt in het bijzonder voor mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. Met de Stichting van de Arbeid bespreken we regelmatig de werking van deze arbeidsmarktregio’s en hoe deze kan worden verbeterd.
Partijen die betrokken zijn bij UWV informeren we met verschillende publicaties over onze visie, missie en ambitie en over de manier waarop we daar, zo veel mogelijk op basis van (gedrags)wetenschappelijke inzichten en bewezen ervaring, invulling aan geven. De Tweede Kamer ontvangt standaard al onze arbeidsmarktpublicaties. UWV heeft in 2019 bijgedragen aan verschillende rondetafelgesprekken en technische briefings in het parlement. Kamerleden en hun medewerkers zijn bij UWV welkom voor werkbezoeken. We helpen hen graag bij vragen over de uitvoerbaarheid van voorstellen die ze voor ogen hebben.
Op deze verantwoordingswebsite ontsluiten we onze verantwoordingsinformatie op een publieksvriendelijke manier. Op deze website staan teksten die ontleend zijn aan de verantwoordingsverslagen voor de minister, plus allerlei aanvullende informatie en cijfers. De site wordt drie keer per jaar geactualiseerd.
Onze cliëntenraden
Cliëntenraden staan in nauw contact met onze klanten en zijn daarom voor ons belangrijke ‘ogen en oren’. De raden adviseren ons gevraagd en op eigen initiatief. Daarvoor krijgen zij de benodigde informatie. We bespreken beleidsmatige onderwerpen vroegtijdig met de Centrale Cliëntenraad; uitvoerende zaken bespreken we op districtsniveau met de Districtscliëntenraden. In 2019 hebben we het ontwerpjaarplan UWV 2020 voor advies voorgelegd aan de Centrale Cliëntenraad. Dit is inmiddels een jaarlijks proces. De feedback van de Centrale Cliëntenraad zorgt voor verbetering, aanscherping en betere leesbaarheid van de teksten. Daarnaast zijn er in 2019 diverse (ongevraagde) adviezen uitgebracht over onder andere de informatievoorziening, de herbeoordelingsoperatie van 1.991 IVA-gerechtigden (zie elders in dit verslag, onder Herstelacties) en de berichtgeving na beëindiging van de WW‑uitkering. De signalen die de cliëntenraden ophalen vanuit de Werkpleinen en enquêtes komen aan de orde tijdens de overlegvergaderingen met UWV.
We informeren de raden regelmatig over nieuwe wet- en regelgeving en nieuwe werkprocessen. Dat doen we via de website van de cliëntenraden en in overleggen die we met de cliëntenraden voeren. We betrekken hen bij de communicatie met onze klanten en de diverse pilots die daarvoor worden gestart. Hiervoor organiseren we landelijke bijeenkomsten, met uit iedere raad een vertegenwoordiger. Er waren in 2019 bijeenkomsten over het klantenpanel van UWV en over de ontwikkeling van de digitale dienstverlening binnen UWV. Ook wordt de expertise van cliëntenraadsleden betrokken bij de diverse klantreizen.
Naast de reguliere overleggen bezoekt de raad van bestuur de Districtscliëntenraden om van gedachten te wisselen over zaken in de uitvoeringspraktijk die de raden, en dus onze klanten, bezighouden. Tijdens deze bezoeken krijgen we veel informatie die we gebruiken om onze dienstverlening te verbeteren. De cliëntenraden waarderen de bezoeken zeer en zijn van mening dat UWV hiermee laat zien dat het op een professionele manier omgaat met cliëntenparticipatie. In 2019 zijn alle cliëntenraden een keer bezocht.
In september 2019 heeft het jaarlijkse Cliëntenparticipatiecongres plaatsgevonden. Dit jaar was het thema ‘Slagkr8’. De deelnemers van dit drukbezochte congres konden workshops volgen waar de inzet van ervaringsdeskundigheid centraal stond.
In 2018 hebben we onder alle cliëntenraadsleden breed onderzoek gedaan naar het fenomeen cliëntenparticipatie. Op basis van de aanbevelingen van dit onderzoek zijn in 2019 drie werkgroepen met vertegenwoordiging vanuit alle cliëntenraden gestart rond de thema’s promotie, samenwerking en contact, en hervorming raadszetels en selectieprocedure. De resultaten en adviezen van deze werkgroepen worden in 2020 verwacht.
Relatie met ministerie van SZW
De sturingsrelatie tussen SZW en UWV laat zich het beste omschrijven als een driehoeksrelatie van een eigenaar, een opdrachtgever en een opdrachtnemer. In de relatie tussen opdrachtgever en opdrachtnemer staat doeltreffendheid centraal: wordt een door het ministerie van SZW (opdrachtgever) verstrekte opdracht door UWV (opdrachtnemer) goed uitgevoerd? In de relatie tussen eigenaar en opdrachtnemer staat doelmatigheid centraal: staat de uitvoering (het geheel aan taken) in verhouding tot de middelen? In de relatie tussen eigenaar en opdrachtnemer speelt ook organisatiegericht toezicht een rol. Dit valt onder de verantwoordelijkheid van de plaatsvervangend secretaris‑generaal.
Eigenaar en opdrachtgever
UWV is een zelfstandig bestuursorgaan en valt onder de verantwoordelijkheid van de minister van SZW. We leggen aan de minister verantwoording af over de beleidskeuzes die we maken en over de manier waarop we overheidsbeleid uitvoeren. Dat gebeurt via viermaandelijkse tussenverslagen en ons jaarverslag. De minister en de raad van bestuur bespreken periodiek de stand van zaken in de uitvoering. Op ambtelijk niveau zijn er dagelijks contacten tussen UWV en het ministerie.
Het ministerie van SZW en UWV voelen de verantwoordelijkheid om op reguliere basis te bezien wat er in de sturingsrelatie goed gaat en beter kan. Zo zijn het ministerie en UWV in 2019 gestart met het traject Verbinden door inhoud, waarin voor tien thema’s – van bedrijfsvoering tot uitvoering – factsheets op inhoud worden uitgewerkt en gedeeld. Daarnaast is in 2019 de evaluatie Sturing en toezicht gestart, als onderdeel van de beleidsdoorlichting artikel 11 begroting SZW en evaluatie SUWI. De leerpunten uit deze evaluatie nemen het ministerie en UWV mee om de samenwerking in 2020 verder vorm te geven.
Toezichthouder
Het organisatiegerichte toezicht door de Inspectie SZW is met ingang van het verantwoordingsjaar 2016 afgeschaft. Deze wijziging was ingegeven door positieve ontwikkelingen: de interne sturing en beheersing binnen de zelfstandige bestuursorganen (zbo’s), de controle daarop door de accountants en de sturing door het ministerie op de zbo’s zijn de laatste jaren verder verbeterd, onder andere door de herijking van de sturingsvisie en het instellen van een CIO en een adviserend audit committee. De wettelijke toezichtstaak is belegd binnen het ministerie van SZW. De kern van het toezichtsbeleid is dat de uitvoeringsorganisaties die onder het ministerie vallen (UWV én SVB) zelf verantwoordelijk zijn voor het functioneren van de uitvoering. De minister van SZW is verantwoordelijk voor toezicht op de rechtmatige en doelmatige uitvoering van de zbo’s; deze taak valt onder de verantwoordelijkheid van de plaatsvervangend secretaris‑generaal.