Al onze handelingen moeten rechtmatig zijn, in overeenstemming met de geldende regels en besluiten. Het gaat hierbij zowel om de rechtmatigheid van alle uitkeringslasten (financiële rechtmatigheid) als de rechtmatigheid van de aanbestedingen.
Rechtmatigheid uitkeringsverstrekking
Om de rechtmatigheid van de uitkeringsverstrekking te toetsen worden afwijkingen gekwantificeerd en afzonderlijk gewogen en weergegeven. We maken daarbij onderscheid tussen financiële fouten en onzekerheden, waarover afzonderlijk verantwoording moet worden afgelegd indien deze in het verslagjaar 2020 (1 oktober 2019 tot 1 oktober 2020) zijn geconstateerd. Bij een financiële fout kunnen we vaststellen wat de fout is en wat het financiële gevolg is. Bij een onzekerheid hebben we onvoldoende informatie om vast te stellen of iets goed of fout is.
Voor het achtmaandenverslag meten we het percentage financiële fouten in de uitkeringslasten over de eerste drie kwartalen van verslagjaar 2020 (de periode van 1 oktober 2019 tot 1 juli 2020). Dit percentage bedraagt 0,4. Dit is het gewogen UWV‑percentage over alle wetten. Het percentage onzekerheden bedraagt 0,6. Deze cijfers zijn indicatief en geven de stand van zaken weer nadat driekwart van de steekproef voor het verslagjaar 2020 is gecontroleerd.
In onderstaande tabel zijn de percentages financiële fouten en onzekerheden voor de verschillende wetten weergegeven.
Tabel: Financiële rechtmatigheid tot en met tweede kwartaal van verslagjaar 2020
In procenten | Financiële fouten | Onzekerheden | ||
Eerste drie kwartalen verslagjaar 2020 | Verslagjaar 2019 | Eerste drie kwartalen verslagjaar 2020 | Verslagjaar 2019 | |
Wajong | 0,0 | 0,2 | 0,3 | 0,0 |
WAO | 0,0 | 0,0 | 0,0 | 0,0 |
WAZ | 0,0 | 0,0 | 0,0 | 0,0 |
Wazo | 0,5 | 0,3 | 0,0 | 0,0 |
WIA | 0,1 | 0,4 | 0,0 | 0,2 |
WW | 0,9 | 2,1 | 2,6 | 0,7 |
Ziektewet | 2,1 | 1,9 | 0,4 | 0,0 |
Toeslagenwet | 0,3 | 1,9 | 0,0 | 0,2 |
IOW | 0,0 | 0,8 | 0,0 | 0,0 |
Kaderwet SZW-subsidies | 22,0 | 22,6 | 22,3 | 0,0 |
Gewogen totaal | 0,4 | 0,7 | 0,6 | 0,2 |
Toelichting
-
Het UWV‑brede foutpercentage ligt onder het niveau van het verslagjaar 2019.
-
Bij de Ziektewet en de Wet arbeid en zorg (Wazo) is het foutpercentage hoger dan in het verslagjaar 2019.
-
Bij de Wajong, de WIA, de WW, de Toeslagenwet, de IOW en de Kaderwet SZW‑subsidies is het foutpercentage lager dan in 2019.
-
Er zijn geen financiële fouten bij de Wajong, de WAO, de WAZ en de IOW.
-
Bij de WW gaat het vooral om fouten bij het vaststellen van het achterstallige loon bij faillissementsuitkeringen.
-
Het foutpercentage bij de WIA wordt voornamelijk veroorzaakt door onvolkomenheden in de administratieve afhandeling van betalingen voor voorzieningen.
-
Bij de Ziektewet is aftrek van verdiensten een belangrijke foutsoort. Bij zowel de Ziektewet als de Wazo neemt het aandeel dagloonfouten toe.
-
Onder de Kaderwet SZW‑subsidies wordt met ingang van het verslagjaar 2019 de Regeling tijdelijk scholingsbudget UWV verantwoord die UWV sinds 1 juli 2018 uitvoert. Bij de uitvoering van deze regeling zijn meerdere onrechtmatigheden geconstateerd. Gezien de relatief beperkte omvang van het bestede budget (€ 5,5 miljoen in deze verslagperiode) in relatie tot de totale omvang van de UWV‑uitkeringsmassa (€ 14,7 miljard) is de impact op het UWV‑brede foutpercentage gering.
De UWV‑brede onzekerheid bedraagt momenteel 0,6%. Dit wordt grotendeels veroorzaakt door onzekere posten bij de WW. De onzekerheden zijn nog in onderzoek.
Rechtmatigheid uitvoeringskosten
UWV werkt met publieke middelen. We vinden het uitermate belangrijk dat die middelen rechtmatig worden besteed. UWV hanteert de regels van de Aanbestedingswet 2012. We werken er voortdurend aan om de bestaande onrechtmatigheid op te heffen. We onderzoeken per situatie de oorzaken ervan, zodat wij adequate maatregelen kunnen treffen. We hanteren drie vormen van toetsing:
-
We toetsen de rechtmatigheid van contracten die met expliciete toestemming van de raad van bestuur zonder aanbesteding zijn verlengd of afgesloten. De raad van bestuur verleent alleen een akkoord als afwijking van de wettelijke regels noodzakelijk is voor een ongestoorde dienstverlening aan de klant. Soms levert een te strikte keuze voor rechtmatigheid forse risico’s op, in financieel opzicht en/of voor de continuïteit van onze dienstverlening aan de klant. Dan besluit UWV om geen nieuwe aanbesteding te starten, of om daar langer de tijd voor te nemen om zo een zorgvuldige overgang naar een nieuwe leverancier te borgen. Conform de wettelijke regels betrekken we bij de berekening van onrechtmatigheid de totale kosten over de gehele periode van onrechtmatigheid en verantwoorden we deze in het jaar van de onrechtmatige handeling. In de eerste zeven maanden van 2020 zijn, om de bedrijfscontinuïteit te garanderen, contracten ter waarde van € 1,0 miljoen met instemming van de raad van bestuur onrechtmatig verlengd. In de eerste zeven maanden van 2019 ging het om € 4,4 miljoen.
-
We toetsen de rechtmatigheid van uitgaven. Daarvoor beoordelen we of orders en facturen gekoppeld zijn aan contracten. Bij een rechtmatig contract zijn de orders en facturen rechtmatig. Bij orders en facturen waar geen contract aan ten grondslag ligt, toetsen we of er een (aanbesteed) contract had moeten zijn. In de eerste zeven maanden van 2020 is een onrechtmatigheid van uitgaven vastgesteld van € 10,1 miljoen. Dat is lager dan in de eerste zeven maanden van 2019 (€ 12,8 miljoen).
-
We beoordelen contracten voor externe inleen. In 2018 is een dynamisch aankoopsysteem (DAS) ingericht waarmee we sinds 2019 verzekeringsartsen, bedrijfsartsen en niet‑gecertificeerde bedrijfsartsen, ANIOS’en en AIOS’en op rechtmatige wijze kunnen inhuren. De effecten hiervan op de onrechtmatigheid zijn duidelijk zichtbaar. In 2020 zijn nagenoeg alle artsen ingehuurd onder het DAS. Ook de onrechtmatige inhuur van arbeidsdeskundigen is gedaald ten opzichte van 2019. In het derde tertaal zal een nieuw flexcontract worden afgesloten voor arbeidsdeskundigen. Dit contract sluit beter aan op de huidige markt en de verwachting is dan ook dat de onrechtmatigheid voor arbeidsdeskundigen vanaf september 2020 verder zal dalen. In de eerste zeven maanden van 2020 bedraagt de onrechtmatige externe inhuur € 17,8 miljoen. In de eerste zeven maanden van 2019 was dat nog € 21,2 miljoen.
De totale onrechtmatigheid binnen de uitvoeringskosten komt hiermee voor de eerste zeven maanden van 2020 uit op € 28,9 miljoen. In de eerste zeven maanden van 2019 was dat € 38,4 miljoen.